Wat is een PET-CT-scan?
Een PET-CT-scan is een gecombineerd onderzoek. Een PET (Positron Emissie Tomografie) geeft informatie over de stofwisseling. Een CT (Computer Tomografie) geeft gedetailleerde anatomische informatie. Na toediening van radioactieve vloeistof kunnen we met een camera een scan van (een gedeelte van) het lichaam maken. Zo zijn afwijkingen te zien in de stofwisseling en anatomie. Bij dit onderzoek wordt een kleine hoeveelheid van de radioactieve stof FDG (fluor-18-glucose) ingespoten. Deze stof verspreidt zich over de weefsels. Na voldoende inwerktijd kan de scan gemaakt worden.
Heeft u suikerziekte (diabetes mellitus)? Lees dan Medicijnen onder het kopje Voorbereiding onderzoek aandachtig door.
In het ziekenhuis
Als u voor de eerste keer naar Adrz komt, kunt u zich bij de receptie in de centrale hal laten inschrijven. Zorg dat u uw zorgpas en identiteitsbewijs (geldig paspoort, rijbewijs of ID-kaart) bij de hand heeft. Uw persoonlijke gegevens worden gevraagd.
Uw gegevens komen op stickers te staan. Deze stickers worden gebruikt om uw behandeling administratief te kunnen verwerken. Wij raden u daarom aan om een kwartier voor de afgesproken tijd aanwezig te zijn. Bent u al ingeschreven maar zijn er veranderingen in uw gegevens, bijvoorbeeld nieuwe ziektekostenverzekeraar of een verhuizing? Geef deze dan altijd door bij de receptie. De identificatieplicht is ook dan van toepassing. Na het aanmelden, meldt u zich bij de afdeling Nucleaire Geneeskunde in Goes (route 15).
Voorbereiding onderzoek
Zo min mogelijk inspanning
In de 24 uur voor het afgesproken tijdstip mag u zich zo min mogelijk inspannen.
Eten en drinken
U mag vanaf vier uur voor het onderzoek niet meer eten. Drinken mag wel. Voor het onderzoek is het van belang dat u in de twee uur voor het afgesproken tijdstip ongeveer één liter drinkt van de toegestane dranken (zie hieronder). Dit kan thuis of onderweg naar het ziekenhuis. U mag onbeperkt naar het toilet.
Wat mag wel:
- Koffie, thee, beide zonder suiker en melk (eventueel wel met een zoetje)
- Water
Wat mag niet:
- Vruchtensappen
- Gewone frisdranken met suiker
- Melk, karnemelk en andere zuivelproducten
Medicijnen
Uw medicijnen kunt u op normale tijdstippen innemen (zie ook de paragraaf ‘Diagnostische CT’).
Bij suikerziekte (diabetes mellitus) houdt u zich aan het volgende:
Tabletten:
Gebruikt u tabletten, dan mag u deze gewoon doorgebruiken. Volg verder de instructies die staan bij voorbereiding onderzoek.
Insuline:
- Gebruikt u ‘s avonds langwerkende insuline, dan mag u deze de avond vóór het onderzoek spuiten.
- Gebruikt u ‘s ochtends langwerkende insuline, dan mag u deze de ochtend van het onderzoek NIET spuiten, wel direct ná het onderzoek.
- Gebruikt u kortwerkende insuline, dan mag u tot vier uur vóór het onderzoek de halve dosering spuiten, samen met een licht ontbijt. In de vier uur vóór het onderzoek mag u GEEN insuline bij spuiten.
- Drink in de twee uur voor het onderzoek één liter water extra.
- Neem dus uw kortwerkende of langwerkende insuline en iets te eten mee, voor ná het onderzoek.
Insulinepomp
- Zet de pomp vier uur vóór het onderzoek op 80% van de basaal stand.
- U mag tot vier uur voor het onderzoek een licht ontbijt gebruiken. In de 4 uur vóór het onderzoek mag u NIET bij bolussen.
- Drink in de twee uur voor het onderzoek één liter water extra.
- Na het onderzoek kan de normale basaal stand weer worden ingesteld.
Sensoren
- Wordt u glucose gemeten door een sensor, meldt dit dan aan de laborant tijdens het onderzoek. De sensor kan in de meeste gevallen blijven zitten.
Bij vragen kunt u vooraf contact opnemen met uw diabetes verpleegkundige of afdeling Nucleaire geneeskunde (088 125 52 91).
Kleding voorschriften
Bij een PET-CT-scan mogen op het te onderzoeken lichaamsdeel geen metalen voorwerpen zitten. Draag bij voorkeur onder- en bovenkleding zonder metalen delen, zoals haakjes, bh-beugels, ritssluitingen of drukkers. U hoeft dan minder kledingstukken uit te doen. Laat uw sieraden en waardevolle spullen thuis.
Begeleiding
U mag zich door iemand laten begeleiden. Deze persoon mag niet zwanger zijn. Na het toedienen van de radioactieve stof en tijdens het maken van de scan kan er geen begeleider bij u aanwezig zijn. Uw begeleider kan eventueel wachten in de wachtkamer. Hier is naast gratis koffie en thee ook gratis wifi beschikbaar. Wij raden dringend af om kleine kinderen mee te nemen naar dit onderzoek.
Zwangerschap en borstvoeding
Bent u zwanger of denkt u zwanger te zijn, neem dan contact op met uw behandelend arts. Uw arts kan in overleg met de nucleair geneeskundige beslissen of het onderzoek doorgaat of wordt uitgesteld. Geeft u borstvoeding, neem dan voor het onderzoek contact op met de afdeling Nucleaire Geneeskunde.
Op tijd zijn
Het is belangrijk dat u op tijd bent omdat de radioactieve stof FDG speciaal voor u wordt besteld en beperkt houdbaar is.
Verloop onderzoek
Nadat uw zich heeft gemeld aan de balie van de Nucleaire Geneeskunde, kunt u plaatsnemen in de wachtruimte. U wordt opgehaald door een laborant voor verdere voorbereidingen. Als u iemand heeft meegebracht, dan kan deze gedurende het onderzoek hier op u wachten. U komt op een bed te liggen om lichamelijk volledig tot rust te komen.
Door een vingerprik wordt het glucosegehalte van uw bloed gecontroleerd. Dit glucosegehalte mag niet te hoog zijn. In een ader in uw arm wordt een infuus ingebracht. Door dit infuus wordt op een later tijdstip het radioactieve FDG toegediend. U kunt eventueel nog een keer naar het toilet.
Het FDG wordt toegediend en moet vervolgens 45-60 minuten inwerken. U blijft intussen lichamelijk zo rustig mogelijk. U mag niet of zo weinig mogelijk praten.
Het infuus wordt verwijderd en u wordt naar de scanner begeleid. Onderweg kunt u nog een laatste keer voor het onderzoek uitplassen. Wanneer er op indicatie nog een diagnostische CT-scan gemaakt moet worden, blijft de infuusnaald in uw arm tot na de scan.
In de scanruimte gaat u op een smalle onderzoekstafel liggen, die in een aantal stappen door de scanner schuift. Tijdens het maken van de scan blijft u stil liggen. Het apparaat maakt bijna geen geluid. Uw kleding mag u (meestal) aanhouden.
De totale scantijd is een half uur. Als meer foto’s nodig zijn moet u rekenen op een uur. Na het scannen beoordeelt de arts of er nog extra opnamen nodig zijn. Als dat niet nodig is, mag u naar huis.
Duur van het onderzoek
Vanaf het afgesproken tijdstip dat u zich meldt op de afdeling Nucleaire Geneeskunde duurt het onderzoek twee tot twee en een half uur.
Wat merkt u van het onderzoek?
Het onderzoek is niet pijnlijk, afgezien van de prik voor het infuus en de vingerprik voor de bloedsuikercontrole voelt u niets.
Straling
De straling die wordt gebruikt is gering en verdwijnt binnen enkele uren uit het lichaam. De hoeveelheid straling is vergelijkbaar met het maken van een paar röntgenfoto’s. De kleding die u tijdens het onderzoek draagt wordt niet radioactief. De radioactieve stof die aan u wordt toegediend heeft geen bijwerkingen.
Uitslag onderzoek
De uitslag krijgt u van uw behandelend arts
Diagnostische CT
Het onderzoek kan op indicatie uitgebreid worden met een diagnostische CT-scan waarbij een jodiumhoudend contrastmiddel wordt ingespoten via de infuusnaald. Dit kan een warm gevoel geven en een bittere smaak in de mond. De onderstaande punten zijn bij het maken van een diagnostische CT-scan belangrijk.
Medicijnen
- Gebruikt u NSAID’s? De meest voorkomende NSAID’s zijn; diclofenac, ibuprofen en naproxen. NSDAID is een ontstekingsremmend middel dat pijn en zwelling vermindert. Stop het innemen van NSAID’s 24 uur voor het onderzoek tot 24 uur na het onderzoek. Weet u niet of uw medicijn een NSAID is? Vraag het dan na bij uw apotheek. Paracetamol is geen NSAID.
- Heeft u een insulinepomp? Verwijder deze dan voordat u de ruimte met de PET/CT-scanner binnengaat. De CT-scanner kan uw insulinepomp verstoren. Na het onderzoek kunt u uw insulinepomp weer aansluiten.
Overgevoeligheid voor contrastmiddel
Sommige mensen zijn overgevoelig voor bepaalde contrastmiddelen. Dit is meestal bekend uit eerder röntgenonderzoek. Als dit bij u bekend is, moet u dit melden bij het maken van de afspraak en voor het onderzoek. In zeldzame gevallen komen lichamelijke reacties op het contrastmiddel voor zoals voorbijgaande huidreacties, jeuk, benauwdheid. Deze kunnen tot 48 uur na toediening van contrastmiddel optreden. Neem in het geval van een laattijdige reactie contact op met uw huisarts. Meld een reactie ook aan de afdeling Radiologie via telefoonnummer 088 125 43 60, zodat deze geregistreerd kan worden. Bij een volgend onderzoek met contrastmiddel moet u dan mogelijk een voorbereiding volgen. Indien dit voor u van toepassing is, wordt u hierover geïnformeerd door een medewerker van de BVT.
Nierfunctie
Het toegediende contrast wordt door de nieren uitgescheiden. Hiervoor is een goede nierfunctie noodzakelijk. Dit wordt via bloedafname bepaald en moet -voordat het onderzoek wordt gepland- bekend zijn. Indien er een recente bepaling van de nierfunctie is (niet ouder dan drie maanden), dan is dit niet noodzakelijk. Wanneer uw nierfunctie zich onder een bepaald niveau bevindt, beoordeelt de nefroloog of aanvullende beschermende maatregelen nodig zijn. Een medewerker van het ziekenhuis neemt dan contact met u op. Neem altijd uw medicijnkaart of medicijnen mee.
Contact
Heeft u na het lezen van de folder nog vragen of ontstaan er na de behandeling onverhoopt problemen, neem dan contact op met de afdeling Nucleaire Geneeskunde via 088 125 52 91.
Als u de afdeling niet kunt bereiken, kunt u bellen naar de Receptie van Adrz via 088 125 00 00.
Wilt u een afspraak maken, annuleren of verzetten? Neem dan contact op via het contactformulier. Deze wordt vaak dezelfde werkdag nog in behandeling genomen. U kunt op werkdagen tussen 8.00 uur en 13.00 uur ook telefonisch contact opnemen met de Afspraakcentrale via 088 125 00 00, kies in het keuzemenu voor optie 1.
Uw afspraak
Datum: ___________________ dag______________________ om _________uur