Adrz

Deze folder geeft u meer informatie over het endoscopisch plaatsen van een (voedings-)sonde in de maag of dunne darm. Het is goed u te realiseren dat de situatie voor u persoonlijk anders kan zijn dan beschreven.

Wat is een sonde en wat is het doel hiervan?

Een sonde is een dun slangetje voor het toedienen vloeibare voeding (sondevoeding). Sondevoeding kan nodig zijn als eten en drinken (tijdelijk) niet mogelijk is. Een neusmaagsonde is een sonde die via de neus naar de maag gaat. Een duodenumsonde is een sonde die via de neus en de maag naar de dunne darm gaat. Naast het toedienen van de sondevoeding kan het ook zijn dat deze sonde geplaatst wordt voor het toedienen van medicijnen.

De dag van de behandeling

De voorbereiding thuis

Eten en drinken

Nuchter zijn

  • Vindt het plaatsen van de sonde voor 13.00 uur plaats, dan mag u vanaf 00.00 uur niks meer eten of drinken.
  • Als het plaatsen van de sonde na 13.00 uur plaats vindt, mag u voor 7.00 uur nog een glas water of een kopje thee/koffie drinken. Beide zonder melk. Daarnaast mag u dan nog een beschuit met jam eten zonder boter.

Begeleiding naar huis, nadat sonde is geplaatst

Regel vooraf iemand, die u naar huis kan begeleiden nadat de sonde geplaatst is, omdat het kan zijn dat u voor het plaatsen van de sonde, medicijnen (het roesje) krijgt waarvan u wat suffig kan zijn. U mag dan de eerste 24 uur niet zelfstandig aan het verkeer deelnemen. Zie ook de folder over sedatie.

Ook omdat u moet wennen aan de sonde, kunt u minder goed op het verkeer letten waardoor er ongelukken kunnen ontstaan.

Medicijnen

  • Puffers (inhalator) voor de longen mag u doorgebruiken zoals u gewend ben. Neem ze eventueel mee naar het ziekenhuis.
  • Medicijnen mag u tot twee uur voor het onderzoek nog innemen met een klein slokje water.
  • Neem een actuele medicijnlijst mee tijdens het bezoek aan het ziekenhuis.
  • Als u een CPAP-masker gebruikt en u krijgt een ‘roesje’ neem deze dan mee naar het ziekenhuis.

Bespreek de onderstaande punten voorafgaande aan de behandeling met uw behandelend arts:

  • Wanneer u suikerziekte(diabetes) heeft en insuline gebruikt; overleg met uw behandelend arts of de insuline aangepast moet worden. Het is raadzaam om uw insuline en pen mee te nemen naar het ziekenhuis.
  • Geef aan of een Pacemaker of ICD heeft.
  • Geef aan of een allergie heeft.
  • Bent u bekend bij een diëtist en of een thuiszorgorganisatie?
  • Graag: naam, e-mailadres en telefoonnummer van uw diëtist en of thuiszorgorganisatie doorgeven aan uw behandelend arts zodat de juiste nazorg voor u geregeld kan worden.

De behandeling

Het plaatsen van de sonde vindt plaats op de Scopie Behandel Afdeling (SBA). De verpleegkundige neemt voor het plaatsen van de sonde nog enkele gegevens met u door. Indien u vooraf met uw behandelend arts besproken hebt om deze behandeling onder een roesje te doen, wordt u voorafgaande de behandeling opgenomen in de dagverpleging op afdeling SBA. U krijgt dan vlak voor de behandeling een infuusnaald in uw arm. Via de infuusnaald krijgt uw het roesje.

De behandeling gebeurt met een gastroscoop. Een gastroscoop is een dunne flexibele slang met aan het eind een camera. De gastroscoop wordt via de neus of een enkele keer via de mond ingebracht. Het inbrengen van de gastroscoop kan een vervelend gevoel geven maar u kunt gewoon doorademen via de neus of de mond. Tijdens het inbrengen van de gastroscoop geeft de arts of verpleegkundige u aanwijzingen wat u moet doen. Via de camera, die aan het eind van de gastroscoop zit, kan de arts precies de plaats bepalen waar de sonde moet komen te liggen. Het deel van de sonde dat via de neus naar buitenkomt, wordt aan uw neus en op uw wang vastgeplakt. Het eigenlijke plaatsen van de sonde duurt ongeveer vijf tot tien minuten.

Vlak na de behandeling

Als u een roesje hebt gekregen, wordt u nog na-bewaakt op de verpleegzaal van afdeling SBA. Als uw hartslag, bloeddruk en zuurstofgehalte in het bloed goed zijn en u bent goed wakker mag u met begeleiding weer naar huis of gaat u terug naar de afdeling waar u opgenomen bent. Meestal duurt de na-bewaking een uur na de gift van de medicijnen. Eén tot twee dagen na het plaatsen van de sonde kunt u de sonde nog voelen zitten in uw keel, met name tijdens het slikken en praten, maar dit went. Dit komt omdat de sonde via uw strottenklepje dan heen en weer beweegt en dit is normaal.

De diëtist

De diëtist wordt ingeschakeld voor het opstellen van het voorschrift voor de sondevoeding. Als u al bekend bent bij een diëtist kunt u dit aangeven bij uw behandelend arts. De diëtist zal met u bespreken wat u nodig heeft aan sondevoeding en hoe u dit het beste kunt opbouwen. Tevens vraagt de diëtist de nodige materialen voor het geven van de sondevoeding aan bij uw zorgaanbieder. Levering zal plaats vinden bij u thuis door een facilitair bedrijf. Echter als de sonde binnen een paar dagen geregeld moet worden, kan het zijn dat nog niet alle spullen voor de sondevoeding bij u in huis zijn voordat de sonde geplaatst wordt. Er wordt dan met uw besproken wanneer u de nodige materialen kan verwachten. Het regelen en aanvragen van de sondevoeding duurt namelijk minstens een werkdag.

Thuiszorg

De thuiszorg kan ingeschakeld worden voor de zorg rondom de sondevoeding in uw thuissituatie.  Mocht u al bekend zijn bij een thuiszorgorganisatie dan wordt die thuiszorgorganisatie op de hoogte gebracht om de zorg rondom de sondevoeding op zich te nemen. Indien u niet bekend bent bij een thuiszorgorganisatie, wordt er een thuiszorgorganisatie vlak bij uw woonadres ingeschakeld. De thuisorganisatie zoekt dan contact met u.

Verzorgen van de sonde

Bij onderstaande verzorgingstips kunt u ook ondersteuning krijgen van de thuiszorgorganisatie.

  • Dagelijks moet de sonde vier tot zes keer per dag door gespoten worden met 20 ml lauwwarm water.
  • Als de medicijnen via de sonde gegeven moeten worden; overleg met uw arts of die medicijnen fijn gemalen mogen worden. Soms moet er naar een alternatief uitgekeken worden. Voor en na elk medicijn moet de sonde doorgespoeld worden met 20 ml lauwwarm water.
  • Vocht beperkend dieet? Overleg met uw arts over hoeveel ml vocht u per keer dan de sonde mag doorspuiten.
  • De spuit waarmee u de sonde doorspuit mag twee à drie dagen hergebruikt worden, maar spoel de spuit na elk gebruik om, haal hierbij de spuithuls en zuiger uit elkaar, droog ze af met een schone handdoek en bewaar de spuit in een schoon afgesloten bakje in de koelkast.
  • De spuit, die u gebruikt voor het toedienen van sondevoeding, moet u dagelijks vervangen. Na elke gebruik goed na spoelen, drogen en bewaren in een schoon bakje in de koelkast.
  • Om de twee tot drie dagen de pleisters op de neus/wang verwisselen. Zorg dat tijdens de pleisterwissel de sonde op zijn plaats blijft liggen. Markeer de sonde net onder de neus, zodat u zeker weet dat de sonde op de juiste plaats is gebleven.
  • Controleer dagelijks of de sonde nog op de juiste plek ligt. Dit kan door te kijken of het markeerstreepje niet verschoven is of dat de sonde nog op het juiste aantal centimeters net buiten de neus komt.
  • Indien u een voedingssysteem gebruikt voor het toedienen van de sondevoeding, moet deze een keer per 24 uur verwisseld worden.

Verzorgen van uw mond

  • Indien u naast de sondevoeding niks kan of mag drinken of eten; poets uw tanden en tong tweemaal daags met een zachte borstel.
  • Spoel uw mond geregeld met mondwater.
  • Kauw af en toe op kauwgom of zuig op een zuurtje om de speekselafvloed te bevorderen.
  • Droge lippen kunt u insmeren met lippenbalsem.

Verstopping van de sonde

Het kan zijn dat de sonde verstopt raakt. Doe dan het volgende:
Probeer met tenminste 10ml spuit gevuld met lauwwarm water de sonde pompend door te spuiten. Indien dit niet gaat; laat het lauwwarm water 15 minuten in trekken en probeer hierna met een 10 ml of 20 ml spuit gevuld met lucht de sonde door te spuiten.

Niet doen:

  • Gebruik geen (koolzuurhoudende) vloeistoffen als cola, fruitsappen etc. Deze laten de eiwitten in de voeding ‘uitvlokken’, waardoor de verstopping erger kan worden.
  • Gebruik geen voerdraden om de sonde open te krijgen. De voerdraad kan door de wand van de sonde steken en het maag-darmkanaal beschadigen.

Contact opnemen

Neem contact op als:

  • De sonde verstopt is want dan moet deze vervangen worden.
  • De sonde verschoven is, opgekruld achter in de mond ligt of bij twijfel. Dan geen voeding/medicatie of vocht geven via de sonde, want het vocht of de medicijnen kunnen dan per ongeluk in de longen gespoten worden.
  • U moet braken, misselijk bent, diarree of koorts heeft.

Bij een van de bovenstaande klachten neemt u op werkdagen tussen 8.00 uur – 17.00 uur contact op met de afdeling SBA via 088 125 60 45. Tussen 17.00 uur – 8.00 uur neemt u contact op met de receptie via 088 125 00 00. Zij verbinden u dan door met de dienstdoende arts.

Contact

Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen of ontstaan er na de behandeling onverhoopt problemen waarover u zich zorgen maakt, dan kunt u bellen naar de Scopie Behandel afdeling via 088 125 52 50. Buiten werktijden kunt u bellen naar de Afspraakcentrale van Adrz via 088 125 00 00. Zij verbinden u door met de betreffende afdeling.

Wilt u een afspraak maken, annuleren of verzetten? Neem dan contact op met de Afspraakcentrale via 088 125 00 00 of via het contactformulier. Annuleren moet tenminste 24 uur voor het onderzoek. In uw plaats helpen we graag een andere patiënt.

Informatie over uw afspraak

Samen met uw behandelend arts heeft u gesproken over het plaatsen van een sonde. Daarom wordt u verwacht op

Datum       _______________________

Tijd            _______________________

Afdeling    _______________________

Route        _______________________

Locatie      _______________________

Als u verhinderd bent of nog vragen heeft over de behandeling kunt u telefonisch contact opnemen met de afdeling SBA via 088-125 52 50.