Deze folder geeft u informatie over een elektromyogram (EMG) met Botox. Het is goed u te realiseren dat voor u persoonlijk de situatie anders kan zijn dan beschreven.
Botulinetoxine
Botulinetoxine is een gezuiverd eiwit afkomstig uit bacteriën. Botulinetoxine kent verschillende varianten: Botox, Xeomin en Dysport. Alle drie deze varianten gebruiken we in Adrz. De ene patiënt reageert beter op Botox, de andere beter op Dysport of Xeomin. In Adrz kiezen wij in eerst instantie voor Botox. In deze folder spreken we daarom steeds over Botox, maar de uitleg geldt ook voor de varianten Dysport of Xeomin.
Werking Botox
We injecteren Botox in de spier of huid om bepaalde aandoeningen te behandelen. Na de injectie hecht Botox zich aan de uiteinden van nabijgelegen zenuwvezels. Hierdoor wordt de prikkeloverdracht van deze zenuwvezels naar de omliggende spiervezels geblokkeerd. Zo kan een overactieve of spastische spier zwakker worden gemaakt. Dit gebeurt bijvoorbeeld bij de behandeling van kramp van de halsspieren (torticollis spasmodica), ooglidkramp (blefarospasme) en andere spastische ledematen.
Resultaten behandeling
U merkt de eerste resultaten van de benadeling na ongeveer 1 week. Enkele weken na de behandeling groeien weer nieuwe zenuwuiteinden aan. Deze gaan dan opnieuw aansluiting maken met de spiervezels. Hoe lang het effect van de behandeling duurt, verschilt per patiënt en per aandoening. Dit kan variëren van 2-3 maanden tot meer dan een halfjaar. Een Botoxbehandeling moet dus altijd herhaald worden (vaak na 3 maanden).