Deze folder geeft u informatie over een drukmeting in de slokdarm. Het is goed u te realiseren dat voor u persoonlijk de situatie anders kan zijn dan beschreven.
Manometrie
De slokdarm transporteert het voedsel van de keel naar de maag. Aan de bovenkant en de onderkant van de slokdarm zit een sluitspier. Na het slikken opent de bovenste sluitspier zich en met behulp van de zwaartekracht en de peristaltiek van de slokdarm, gaat het voedsel richting de maag. Als het voedsel bij de onderste sluitspier komt ontspant deze zich en dan komt het voedsel in de maag. Een manometrie meet op diverse niveaus de druk in de slokdarm. Dit gebeurt zowel in rust als na het slikken. De manometrie geeft belangrijke informatie over hoe de beide sluitspieren en de slokdarm functioneren. Deze drukken worden gemeten met behulp van een dunne katheter (slangetje).
Het onderzoek
Voor het onderzoek wordt een dunne katheter (slangetje) via uw neus, keelholte en de slokdarm naar de maag gebracht. Dit is niet pijnlijk, maar kan wel wat onaangenaam zijn en eventueel een kokhalsreflex geven. Als de arts de katheter opschuift, vraagt hij u om af en toe een slokje water te nemen. Terwijl u slikt schuift de hij de katheter een stukje verder richting de maag. Als de katheter eenmaal op zijn plaats zit, voelt u deze nog zitten, maar heeft u geen last meer van kokhalsneigingen. De katheter wordt met een pleister aan uw neus vastgemaakt. Daarna gaat u op uw rug liggen op de onderzoekstafel. Tijdens het onderzoek krijgt u ongeveer tien keer 5 ml water te drinken. Probeer tijdens het onderzoek zo ontspannen mogelijk te zijn en alleen te slikken als de arts u dit vraagt. De katheter is aangesloten op een speciaal computerprogramma waarop hij kan zien hoe het onderzoek verloopt. Het onderzoek wordt gedaan door een MDL-arts (Maag, Darm, Lever) en een endoscopieassistente.